Vereenvoudiging
Volgens Paul Van Eesbeeck, vennoot bij Vereycken & Vereycken, is de vereenvoudiging een goede zaak. ‘De regel leidde de voorbije jaren tot veel discussies met de belastingadministratie’, zegt hij.
Net daarom betreurt de expert dat de backservice-regeling ernstig aan banden wordt gelegd. Met die regeling kan de zelfstandige op latere leeftijd inhaalstortingen doen voor de jaren waarin hij nog geen financiële ruimte had om te sparen. De regeling bood ook de mogelijkheid bijkomende premies te storten na verhogingen van de bezoldiging. ‘Die backservice wordt nu herleid tot een rugzak-constructie. Wat overblijft is zeer mager’, zegt hij.
Werknemers
De 80 procentregel is niet alleen van toepassing op zelfstandigen, maar ook op werknemers. Daar lijken de percentages van 12 en 32 procent minder tot problemen te leiden, behalve dan voor sommige plannen van directieleden of bonusplannen waarin gesnoeid moet worden, meent Van Eesbeeck.
Het belangrijkste probleem situeert zich volgens Pieter Gillemon, pensioenspecialist bij het consultancybureau PwC, bij de cash-balanceplannen. In die plannen, waarvoor almaar meer werkgevers kiezen, garandeert de werkgever een jaarlijks rendement dat in veel gevallen hoger is dan het wettelijke minimumrendement.
‘In die plannen kan door de nieuwe regeling een probleem ontstaan in jaren met slechte beleggingsresultaten. De tekorten in die plannen moeten immers elk jaar worden aangezuiverd door middel van bijkomende premies die vrij snel kunnen oplopen tot meer dan 10 procent van het jaarloon. Door de nieuwe regels worden werknemers fiscaal gepenaliseerd telkens als de werkgever boven de grenzen van 12 en 32 procent moet gaan voor de verplichte aanzuivering van die tekorten’, zegt Gillemon.
Hij pleit ook voor een verlenging van de overgangsregeling voor de plannen met een te bereiken doel. ‘Veel plannen lopen nog langer dan 20 jaar. Omdat de opbouw in die plannen vooral in de laatste jaren gebeurt, is het voor die werknemers nadelig ze dan op enkele jaren voor hun pensioenleeftijd te moeten aftoppen’, zegt hij.